Naar Enkhuizen, Urk en Stavoren

29 augustus 2021 - Stavoren, Nederland

Zaterdag, het is lekker lui wakker worden. 

Als ik het gordijn openschuif word ik al verwelkomd door het getsjilp van enkele vogeltjes. Ze vliegen rond op het binnenplaatsje. Zijn het mereltjes?

Voor het raam hangen vetrolletjes, waar geen enkele vogel interesse in schijnt te hebben. Wat zou er toch mis zijn met deze bolletjes? Ik heb geen idee en besef me dat deze vraag me de rest van de dag nog zal blijven achtervolgen ...

Het geluk is echter vaak daar waar je niet bent.

Ik zie al loodzware wolken, ver weg aan de horizon hangen. Zou er regen achteraankomen? Zal ik vandaag maar hier in Hoorn blijven?

Geen getreuzel, snel op de fiets, vandaag staan Medemblik, Enkhuizen en Urk op het programma.

Enkhuizen was in de tijd van van Lennep behoorlijk in verval, wat volgens hem te wijten was aan het toegenomen aantal landen dat ook de haringvisserij en het kaken waren gaan beoefenen. Maar voor het gemak, of was hij zich dat niet bewust, gaat hij er maar aan voorbij dat het hele land eigenlijk al enige tijd in verval was. De succesvolle eeuwen waren tot nostalgie verworden, Napoleon was in 1823 net verslagen. Ze wandelden door een land dat voor ons bijna onherkenbaar is. Zeker een derde van het land was nog pure woestenij en moeras, de wegen zijn vaak nog enkel modder.. Kort daarna zal alles veranderen, met kanalen, bestrating, spoortreinen en stoommachines. In die tijd leefden er in Nederland 2 miljoen mensen, slechts 500 km weg was bestraat.

En dan op het eind van de dag, op het IJsselmeer, fluit de wind stevig om m’n oren. Vanuit de wal zag het er nog niet zo onstuimig uit, nu doet de noordwester wind zijn werk. De golven slaan angstwekkend hoog tegen de boot. 

Midden op het meer laten de witte schuimkoppen van de golven zich uitbundig zien.

Zal er op Urk een nieuwe wereld voor me opengaan? 

Vroeger was het water hier nog zout. De zoute Zuiderzee, het zoete IJsselmeer. Ik zie het stipje vanuit de verte aangroeien tot een dorp. De contouren worden me duidelijk, een vuurtoren en kerktorens. Ik zie mannen voor ogen, stoer, grote gouden oorringen,  kapotte handen van de visnetten. Een Urker leefde van de Zuiderzee. Nu wordt de Noordzee bevist.

Ik ga het meemaken . Ze schijnen hier op Urk nog allemaal klompen te dragen en uitzonderlijk veel bier te drinken. In elke kroeg staat de muziek op zaterdagavond kneiterhard en trilt het bier uit de glazen.

Dat heb ik althans ergens gelezen. Van maandag tot vrijdag vissen op de Noordzee, zaterdag bier drinken en op zondag naar de kerk.

Op het tafeltje van het café waar ik ‘s avonds ben gaan zitten ligt het boek ‘ Geen zee te hoog’ met als ondertitel ‘Scheepsrampen bij de Nederlandse visserij’. Een mooi, maar ook afschrikwekkend boek, met illustraties.

Een bestseller schijnt hier overigens ‘Een zee van tranen’ te zijn, geschreven door Jurie van den Berg. Ik kan jullie dit boek inmiddels van harte aanbevelen.

En jullie zullen het inmiddels al wel begrepen hebben, het bleef nog lang rustig op Urk ...

Vandaag was het een miezerige dag, met hier en daar al een voorzichtig neervallend herfstblad. Ik ben naar boven gefietst, naar Stavoren, om een lekker visje te eten. Ook om ondertussen even uit te puffen.

Op de achtergrond klinkt nu ‘I’m leaving on a Jet Stream don’t know when I’ll be back again’.

Waarschijnlijk laat ik over twee dagen weer van me horen.

Tabee, Jan Willem

Ps, nee, ik heb de vraag over de bolletjes van gisterochtend nog niet kunnen beantwoorden.

Foto’s

1 Reactie

  1. Marjoleine:
    29 augustus 2021
    Antwoord op de vetbollen….augustus en de september zijn de maanden van heerlijke verse zaden…ook ik ben zaden aan het oogsten. En een oude vetrol is dan volstrekt niet aantrekkelijk als er al zaden in zaten….